Spring naar content

Vrijwilligers

Vrijwilligers kunnen een belangrijke bijdrage leveren in de keten van de schuldhulpverlening, zeker voor kwetsbare mensen. Bij een taalbarrière of bij mensen met een licht verstandelijke beperking, laag opleidingsniveau of veel stress is reguliere hulpverlening soms niet voldoende. Vrijwilligers kunnen dan uitkomst bieden door mensen te ondersteunen en verder te helpen.

Lees verder om je te informeren over de rol en meerwaarde van vrijwilligers, maar ook over de eisen aan vrijwilligers en de valkuilen bij hun inzet.

De taken van een vrijwilliger

Een vrijwilliger schuldhulp of thuisadministratie is een persoon die vrijwillig, onbetaald (zonder vergoeding) een hulpvrager ondersteunt bij zijn financiële vraagstukken. Doordat vrijwilligers verder af staan van de Een vrijwilliger schuldhulp of thuisadministratie is iemand die een hulpvrager vrijwillig, onbetaald (zonder vergoeding) ondersteunt bij financiële vraagstukken. Doordat vrijwilligers verder af staan van de officiële (overheids)instanties is hun relatie met een hulpvrager vaak een stuk informeler en laagdrempeliger. Ze kunnen optreden als behulpzame coach of buddy.

Bij mensen met schulden kan een vrijwilliger helpen om de administratie op orde te krijgen en te ordenen, inkomensondersteunende voorzieningen aan te vragen en een overzicht van de inkomsten en uitgaven te maken. Ook kunnenkan een vrijwilliger iemand financiële vaardigheden aanleren en gedragsverandering stimuleren. Tot slot kunnen vrijwilligers ook helpen om de iemands belangen te behartigen, bijvoorbeeld bij de schuldeisers.

Meer weten over de inzet van vrijwilligers? Lees dan Wat levert thuisadministratie op? in de Kennisbundel.

Verschillende fases van hulp

Vrijwilligers kunnen vaak snel belangrijke hulp bieden. Bijvoorbeeld door (tijdelijk) taken en verantwoordelijkheden over te nemen. Zo kunnen de grootste bronnen van stress worden weggenomen. Ook kunnen ze acute problemen zoals een huisuitzetting voorkomen. Doordat een vrijwilliger snel hulp kan bieden en resultaat boeken kan er direct een vertrouwensrelatie ontstaan met de hulpvrager.

Op de langere termijn kunnen vrijwilligers mensen met schulden helpen bij het aanleren van financiële vaardigheden door samen met hen overzicht in hun financiën te creëren. Uit onderzoek blijkt dat vaardigheden trainen en ondersteuning bieden een stuk effectiever is dan alleen kennis overbrengen. Het vergroot iemands vertrouwen in eigen kunnen.

De inzet van vrijwilligers voorafgaand aan een schuldhulpverleningstraject helpt om de grootste obstakels weg te nemen. Ook tijdens een schuldhulpverleningstraject kunnen vrijwilligers van grote waarde zijn, bijvoorbeeld door te helpen met het aanleveren van documenten en door emotionele ondersteuning. Uit onderzoek blijkt dat hulpvragers die tijdens een schuldhulpverleningstraject door een vrijwilliger worden ondersteund minder vaak uitvallen

Benodigde kennis en vaardigheden

Vrijwilligers moeten administratieve vaardigheden hebben, omdat het ondersteunen bij administratie vaak tot hun hoofdtaken behoort. Daarnaast moeten ze de sociale kaart kennen en de inkomensvoorzieningen in de gemeente van degene die ze begeleiden. Zo kan de vrijwilliger de weg wijzen naar de juiste plek voor informatie en ondersteuning.

Ook gespreks- en sociale vaardigheden zijn belangrijk om een vertrouwensrelatie op te bouwen met hulpvragers en ze te stimuleren en motiveren (met motiverende gespreksvoering). Met deze vaardigheden kan de vrijwilliger de motivatie van een hulpvrager versterken om zo veel mogelijk zelf financiële problemen op te lossen. Verder hebben vrijwilligers reflectieve en ondersteunende gesprekvoering nodig om weerstand bij een hulpvrager te voorkomen of weg te nemen.

Meerwaarde van vrijwilligers

De inzet van vrijwilligers heeft veel voordelen. Zo kunnen vrijwilligers zich richten op het activeren van hulpvragers: ze stimuleren om zelf problemen aan te pakken. Dat vergroot hun zelfredzaamheid en maakt hen minder afhankelijk en passief. De vrijwilliger ondersteunt en kan bijspringen wanneer iemand zelf echt niet lukt.

Vrijwilligers onderhouden vaak een andere relatie met hulpvragers dan beroepskrachten. Ze spreken de taal van de hulpvrager maar ook van instanties en kunnen de kloof daartussen overbruggen. Daarnaast fungeren vrijwilligers ook als sociale steun. Ze staan naast de hulpvrager en bouwen een vertrouwensband op. Ze helpen iemand om uit het sociale isolement te komen dat schulden veroorzaken. Ook kunnen ze helpen om de schaamte rondom schulden te doorbreken.

Tot slot vervullen vrijwilligers een belangrijke coachende rol bij het aanleren van financiële vaardigheden. Ze leren hulpvragers hun eigen geldzaken te regelen en hun administratie op orde te houden, waardoor ze blijvend zelfredzamer worden.

Valkuilen bij de inzet van vrijwilligers

Vrijwilligers moeten wel hun persoonlijke, relationele en functionele grenzen bewaken.e persoonlijke leefwereld van de cliënt?

• De persoonlijke grens heeft te maken met de persoonlijke voorkeuren, beschikbare tijd en belastbaarheid van een vrijwilliger. Heeft iemand wel voldoende tijd voor wat er gevraagd wordt? Passen de taken wel bij iemands persoonlijke voorkeuren?
• De relationele grens heeft te maken met de samenwerking met zowel hulpvragers als professionals. Raakt de vrijwilliger bijvoorbeeld niet te erg betrokken bij de persoonlijke leefwereld van de hulpvrager?
• De functionele grens houdt in dat vrijwilligers geen taken moeten uitvoeren die eigenlijk door professionals met specifieke vaardigheden moeten worden uitgevoerd. Vrijwilligers hebben soms het gevoel dat ze die taken wel zelf moeten oppakken, omdat het anders ten koste gaat van het welzijn van de hulpvrager.

Lees meer over wat werkt bij de inzet van vrijwilligers.

Bandura, Albert. (1986). The Explanatory and Predictive Scope of Self-Efficacy Theory. Journal of Social and Clinical Psychology, 4(3), 359–373.

Bartelink, C. (2013). Wat werkt: motiverende gespreksvoering? Utrecht: Nederlands Jeugd instituut

Boksebeld, B., Gramberg, P. & de Swart, J. (2020) Effectiviteit van vrijwilligers in de schuldhulpverlening. Enschede: Saxion.

Boksebeld, B., & Gramberg, P. (2019). Hoe effectief zijn vrijwilligers in de schuldhulpverlening? Sociaal Bestek, 81(2–3), 26–29.

Bovens, M., Keizer, A. G., & Tiemeijer, W. (2017). Weten is nog geen doen. Een realistisch perspectief op redzaamheid. Den Haag: Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid.

Dam, R. van, Klaver, J., Weijden, R. van der, & Witte, L. (2014). Raak project: Sturen op motivatie. Gemotiveerd deelnemen aan budgettrainingen. Literatuuronderzoek. Amsterdam: Hogeschool van Amsterdam.

Lown, J. (2011). 2011 Oustanding AFCPE® Conference Paper: Development and Validation of a Financial Self-Efficacy Scale (pp. 54–63). Association for Financial Counseling and Planning Education.

Mullainathan, S., & Shafir, E. (2013). Schaarste. Hoe gebrek aan tijd en geld ons gedrag bepalen. Amsterdam: Maven Publishing.

Odekerken, M., Out, M. & Stavenuiter, M. (2021). De kracht van ervaringsvrijwilligers: Hoe ervaringsverhalen anderen kunnen helpen. ‘Eerder uit de schulden: wat werkt?’

Van Middendorp, J. (2020) Wat levert thuisadministratie op? Onderzoek naar ondersteuning door vrijwilligers aan hulpvragers met administratieve en/of financiële problemen. Amsterdam: LSTA.

Van Middendorp, J., Gesthuizen, M., & Van Geuns, R. (2019). Ernst van financiële problemen. Mens En Maatschappij, 94(3), 303–331.

Schonewille, G., & Crijnen, C. (2019). Financiële problemen 2018. Geldzaken in de praktijk 2018-2019 deel 1. Utrecht: Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting.